Met 34 mensen waar onder 11 Jeugdvogelclub-leden ondergingen we op 17 augustus de Waddenzee. Al om 9 uur kwamen we aan bij ’t Kuitje, het kleine maar o zo leuke bezoekerscentrumpje verstopt op een industrieterrein bij Den Helder. De koffie en limonade smaakte heerlijk. We werden eerst lekker gemaakt met een filmpje over dit gebied. Toen gingen we met grepen en netten over de dijk, iedereen voorzien van vetergympen. Waarom die nodig waren, ontdekte we snel bij het wadlopen. Je glibbert en als je lang stilstaat, zak je weg en moet je moeite doen om los te komen. Twee gidsen van de Waddenverenging lieten van alles zien. Wat leeft er veel in de bodem! Nu snappen we wat al die vogels in de Waddenzee eten: zeeduizendpoten, wadpieren, garnalen in allerlei vormen, zeesla, krabben van groot tot klein, visjes, kokkels, gapers en nog veel meer. Ook mochten we nog een klei-afdruk maken van een vogelspoor.
Terwijl de vloed opkwam trokken wij ons terug bij ’t Kuitje om ons schoon te laten spuiten, vissen in aquaria te voeren met wadpieren en zeeduizendpoten (nadat we die eerst met een stereomicroscoop hadden bekeken) en ons zelf te voeren met de meegebrachte boterhammen. Daarna stapten we op de fiets om vanaf de dijk te kijken hoe de vloed de vogels van de wadplaten dreef richting schor. Er zaten al veel lepelaars (Ramon telde er 129) en dat aantal werd steeds hoger. Steeds vielen er groepjes in. Ook de groep scholeksters werd steeds groter. Er liepen ook 2 kleine zilverreigers, zilverplevieren, bergeenden en heel veel andere vogels. Klapper op de vuurpeil was de slechtvalk die Priya ontdekte op een pol zeewier. Paniek onder de vogels wanneer hij even opvloog. Zelfs de lepelaars schrokken van hem en vlogen op.
Eigenlijk te vroeg, het water was nog niet op z’n hoogst moesten we de terugreis aanvaarden. Gidsen Henk Arts, Jaap en Joke Booij en Gerard Bos, hartelijk bedankt! Het was een geweldige belevenis.